Is een trap nog nodig, wanneer een woning een lift bevat? | 28-juli-2017 |
Als ik naar boven en beneden kan, is het toch goed?
Wanneer je de hoogteverschillen tussen de vloeren van een nieuwbouwwoning overbrugt met een lift, heb je dan nog wel trappen nodig? Of kun je misschien volstaan met steilere trappen dan normaal? Wat zegt het Bouwbesluit daar over?
Geen ontkomen aan
Wanneer er sprake is van een hoogteverschil van meer dan 21 cm tussen vloeren van verblijfsgebieden, verblijfsruimten, toiletruimten, badruimten, of voor bezoekers bestemde vloeren, vloeren van een verkeersroute die deze ruimten met elkaar verbindt of tussen een van die vloeren en het aansluitende terrein moet er tussen die vloeren een vaste trap of vaste hellingbaan zijn om het hoogteverschil te overbruggen (Bouwbesluit Hoofdstuk 2, Afdeling 2.4, Artikel 2.27).
“Geen steil”
In het Bouwbesluit zijn alle waarden waar een trap aan moet voldoen, precies vastgelegd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen een reguliere trap in een woonfunctie, en een trap uitsluitend voor ontvluchten. Een trap die alleen bedoeld is als vluchttrap, mag iets steiler zijn dan een reguliere trap, maar er dient altijd tenminste een reguliere trap aanwezig te zijn (Bouwbesluit Hoofdstuk 2, Afdeling 2.5, Tabel 2.33).
Eventueel kan geprobeerd worden om een afwijkende trap op basis van het gelijkwaardigheidsprincipe (Bouwbesluit, artikel 1.3) goedgekeurd te krijgen. Dit is echter de bevoegdheid van B&W van de betreffende gemeente.
Alleen een lift voldoet niet
….maar de lift moet wel voldoen aan zijn eigen eisenpakket. Om te weten wat die eisen zijn, moet eerst gekeken worden hoe groot en hoog de woning wordt. Wanneer de woning een verblijfsgebied op een verdieping op een hoogte van meer dan 12,5 meter heeft, is een toegankelijkheidssector verplicht. Dat houdt in, dat er een van het gebouw voor personen met een functiebeperking zelfstandig bruikbaar en toegankelijk moet zijn, en daaronder valt dan ook de lift. In dat geval moet de liftkooi een vloeroppervlak van tenminste 1,05 x 1,35 m hebben om voor een rolstoel toegankelijk te zijn.
Is de woning minder hoog en is er geen sprake van een toegankelijkheidssector, dan hoeft de lift niet aan dat vloeroppervlak te voldoen. Een lift moet wel een vrije doorgang van tenminste 0,85 cm breed en 2,3 m hoog hebben. De lift moet uiteraard aan de richtlijn liften nr. 95/16/EG van 29 juni 1995 (PbEG L 213) en het daarop gebaseerde Warenwetbesluit liften voldoen.
Beeld erbij
Foto met dank aan Liften- en Machinefabriek Lakeman B.V. en de familie Brinkman, Amsterdam: Hydraulische rugzaklift voor personen 180-400 kg.
« Nieuws overzicht