Opmerkelijke bekistingoplossing voor nieuwe oeverconstructie | 03-februari-2020 |
Fraaie combinatie van bekistingtechniek en betonvormgeving
Als onderdeel van de ecologische verbindingszone is de afgelopen periode gewerkt aan de herinrichting van de Watermolenbeek in Roosendaal. Hierbij werd de oude oeverconstructie uit het begin van de 20e eeuw gereconstrueerd. Omdat de beek een belangrijk deel van het binnenstedelijk regenwater afvoert, kon deze tijdens de reconstructie niet in zijn geheel worden afgesloten.
Het gedeelte van de Watermolenbeek waar de betonnen oeverconstructie werd gereconstrueerd, loopt van de duiker Burgemeester Freijterslaan tot de duikers Kadeplein. Het betreft een beeklengte van ca. 175 meter met aan beide zijden een oeverconstructie. De bestaande oeverconstructie bestond uit betonnen damplanken met een betonnen deksloof, die voor het grootste gedeelte begin 20e eeuw zijn aangebracht en een gedeelte dat in 1963 is vernieuwd in verband met de omlegging van de Watermolenbeek voor de aanleg van de tunnelbak van de Markttunnel in de Burgemeester Freijterslaan.
In het werk gestort beton
De reconstructie van de oever werd uitgevoerd door Züblin Nederland met in het werk gestort beton. Om de oever te kunnen reconstrueren én de Watermolenbeek beschikbaar te houden voor de afvoer van water, kon deze niet tijdelijk worden afgesloten of omgeleid. Als onderdeel van de reconstructie werd als eerste de bodem van de beek voorzien van de solide betonvloer. Hiertoe werd een vloer gestort van onderwaterbeton waarbij op een derde van de breedte van de vloer een hoeklijn werd meegestort. Deze was nodig voor bevestiging van een waterkerende wand waarmee aan de smalle zijde kon worden gewerkt terwijl de andere zijde gereserveerd bleef voor het watervoerende deel van de beek.
Lichtgewicht bekistingssysteem
Het 175 meter tellende reconstructietraject werd opgedeeld in vijf secties waarbij de ene sectie werd gestort terwijl de volgende sectie werd voorbereid. Voor de bekisting werd gekozen voor een eenzijdige uitvoering. Als bekistingsysteem viel het oog op NOEalu, een lichtgewicht aluminium wandbekisting die eenvoudig kan worden verwerkt en toch bestand is tegen hoge betondrukken. Voor de oeverconstructie werd gewerkt met 275 cm lange en 180 cm hoge bekistingpanelen. De panelen werden bij NOE-Bekistingtechniek volledig voorbereid en kant-en-klaar aangeleverd op de bouwplaats. Omdat de kademuur direct aan enkele tuinen van bewoners grenst, werd ervoor gekozen om gebruik te maken van een compact kraansysteem waarmee de panelen konden worden verplaatst zonder overlast te bezorgen bij de aangrenzende percelen.
Verbeterde biodiversiteit
Met de reconstructie van de oeverconstructie dienden er ook maatregelen te worden genomen om de ecologische verbindingszone te versterken. Hiertoe behoorde onder meer het aanbrengen van een looprichel met beplanting. De looprichel werd in de bekistingoplossing van NOE-Bekistingtechniek meegenomen en kon tegelijk met het herstel van de oever worden gerealiseerd.
Voor verbetering van de biodiversiteit werden de looprichel én de oeverconstructie verder uitgevoerd met een textuur. De bekisting werd daartoe voorzien van NOEplast structuurmatten, type Krakau, een structuur die zich prima leent voor de bij dit project gewenste lichte aangroei van flora. Met NOEplast structuurmatten kunnen betonoppervlakken worden voorzien van esthetische of functionele structuren. De robuuste eigenschappen van de matten waarborgen dat deze in standaardkwaliteit meer dan honderd keer kunnen worden ingezet. Voor een beperkte inzet (8-10x) zijn de meeste structuren ook in de voordeliger light-kwaliteit leverbaar.
« Nieuws overzicht